Examens in tijden van Corona
Maandag 23 maart en ik zit aan de keukentafel (jaja, die van het plan) hard te werken aan schooldingen. Er ligt een PWS (profielwerkstuk) voor me dat voor een derde keer nagekeken moet worden omdat de auteur een onverbeterlijk gebruik van anglicismen aan de dag legt, waarvan ik als staatsexaminator weet dat het je tijdens het mondeling duur kan komen te staan. Ze denken dan namelijk dat je geplagieerde teksten door Google Translate hebt geduwd en daarmee even gauw een voldoende wilt scoren. Maar zo zijn we niet getrouwd!
Het is natuurlijk maar helemaal de vraag of de examens überhaupt doorgaan dit jaar. Mijn studenten bereiden zich ijverig, maar tegen beter weten in, voor op wat hoogstwaarschijnlijk niet komen gaat. De kans is namelijk klein dat ze op 7 mei met z’n tweehonderden in een conferentiezaal bij Station Slotervaart dat centraal schriftelijk zitten te maken. De tafeltjes staan altijd 1,5 meter uit elkaar, dat is al verplicht zolang het CE bestaat, maar je moet toch ook met z’n tweehonderden je jas ophangen en een roze koek eten…Nee, geen examens dit jaar. Maar wanneer dan wel? En waarom?
Ik hoop stiekem op een bliksemschicht in onderwijsland, een allesveranderend inzicht, een mokerslag die zijn weerga niet kent. Dat iedereen ineens ziet dat we heel goed, nee, beter, kunnen leven zonder examens. Dat we uitstekend samen kunnen werken aan een vak, zeg: Nederlands, net zo lang tot iedereen zijn doel heeft behaald, en dat je dan samen concludeert en noteert wat je geleerd hebt en hoe dat gegaan is. En dan: óp naar het volgende hoofdstuk.